Bij totaal verlies (“total loss” of “perte totale”) van het voertuig (om technische of economische overwegingen) is de schadelijder gerechtigd op de volgende vergoedingen:

  • vervangingswaarde* (“waarde vóór ongeval”): 10.000,00 €
    –   21 % B.T.W. op dit bedrag: 2.100,00 €
  • min de wrakprijs (reeds aan u betaald door de wrakopkoper): – 2.100,00 €
    – belasting op de inverkeersstelling (B.I.V.): 123,95 €
    – sleepkosten volgens factuur (B.T.W. inbegrepen): 150,00 €
    – gebruiksdervingsvergoeding (ook “onbruikbaarheidsvergoeding”, “stilligschade” of “chomage” genoemd), nl.:
    – wachttijd*, zijnde het aantal dagen waarin de benadeelde in het ongewisse is gebleven over de duiding totaal verlies, aan 800 fr. of juister 20€ per dag, dus 10 dagen wachttijd x 20€: 200 €
    – vervangings- of mutatieduur : 30 dagen x 20 €=: 600 €
    – administratie-, correspondentie-, telefoon- en aanverwante kosten, naar billijkheid: 100,00 €
    —————–
    – totaal in hoofdsom: 11.173,95 €
    – de vergoedende intrest (doorgaans aan de wettelijke rentevoet*, thans 3,75 %, of soms aan 5 %), vanaf de dag van het ongeval tot de dag van de daadwerkelijke betaling; bvb. betaling na een half jaar : 392 €
    —————–
    – totaal op de dag van de betaling: 11.565,95 €
  •  Bovendien nog de eventuele kosten voor de financiering van het voertuig en mogelijks andere schadeposten.
  • Deze diverse schadeposten worden verder uitgebreid besproken onder nr. 5 e.v. “ Enkele bijzondere schadeposten “.

Voor alle duidelijkheid: voormelde wrakprijs t.b.v. 2.100 € wordt aan de schadelijder uitbetaald door de wrakopkoper, zodat zij niet meer in rekening kan worden gebracht tegenover de aansprakelijke (dus tegenover de B.A.-verzekeraar*) – zie hierna nr. 5.3.

Is er een verzekering eigen schade, zie dan bovendien Omniumverzekering.