is als volgt:

1° u begaat een misdrijf, bvb. een verkeersovertreding van de vierde graad ; daarvan wordt proces-verbaal (P.V.) opgesteld door de politie (verbalisanten);
2° de heer Procureur des Konings neemt kennis van het P.V. en van de andere delen van het strafdossier; op basis hiervan maakt hij zijn dagvaarding (“Pro Justitia”) op, waarbij hij aangeeft welke wetsinbreuken volgens hem door u zijn begaan; de dagvaarding vermeldt tevens de datum en de plaats van de zitting waarop u en/of uw advocaat moet verschijnen;
3° dit exploot van dagvaarding wordt door toedoen van de gerechtsdeurwaarder aan u betekend ; dit houdt in principe in dat de gerechtsdeurwaarder aan u het origineel van het dagvaardingsexploot afgeeft, maar het is ook goed mogelijk dat hij het origineel eenvoudigweg in uw brievenbus dropt ;
4° u raadpleegt een advocaat (naar vrije keuze), meestal op kosten van uw rechtsbijstandsverzekeraar ; uw advocaat pleit de zaak op de zitting, waar u uiteraard eveneens aanwezig mag of soms moet zijn ;
5° de rechter spreekt zijn vonnis uit onmiddellijk na de pleidooien of op een latere datum ; hij kan ook bijkomende onderzoeksmaatregelen bevelen vooraleer een definitieve uitspraak te verlenen ;
6° eens het eindvonnis is geveld kan men daarvan een afschrift (kopie) aanvragen bij de griffie ;
7° hoger beroep is slechts mogelijk gedurende 30 dagen te rekenen vanaf de dag van het vonnis.

TIP 1: als u dekking in rechtsbijstand* geniet kan u zich voor uw strafrechtelijke verdediging voor de Politierechter kosteloos laten bijstaan door een advocaat (naar uw vrije keuze).

TIP 2: als u zelf aan de Politierechter bepaalde inlichtingen wenst te geven, laat dan aan uw advocaat weten dat u de zitting van de Politierechtbank wenst bij te wonen; overigens blijkt de persoonlijke uitleg van de betrokkene rechtstreeks aan de Politierechter, oog in oog, vaak geloofwaardiger en overtuigender te zijn dan het pleidooi van zijn advocaat. De beste verdediging berust op een goede samenwerking tussen advocaat en cliënt.