Voor alle duidelijkheid worden vooreerst de verschillende soorten artsen die betrokken zijn bij de gevolgen van een ongeval – beknopt – besproken.

a. Behandelende arts: elke geneesheer die u heeft onderzocht en/of heeft verzorgd, die u dus heeft behandeld in het kader van de (poging tot) genezing; met “uw” of “de” behandelende arts wordt meestal uw vaste huisarts bedoeld.

b. Raadsgeneesheer of bijstandsarts (= raadgevende arts = raadsdokter  = adviserend arts): de arts die als raadsman optreedt voor een partij, doorgaans ofwel voor de benadeelde (het slachtoffer) ofwel voor de verzekeringsmaatschappij; zijn hoofdopdracht ligt bij het bepalen van de medische besluiten; zie verder onder nr 3.

c. Gerechtsdeskundige (= justitiearts): zie verder onder nr 4.

d. Scheidsrechter (of arbiter): een arts die optreedt als scheidsrechter of arbiter in de scheidsrechterlijke procedure bepaald in artikel 31 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten; soms wordt deze term ook gebruikt als synoniem voor “derde-deskundige”, dus voor de geneesheer die door de twee raadsgeneesheren bij onderling overleg wordt aangesteld bij de aanvang van de minnelijke medische expertise (afgekort “M.M.E.”), en die enkel dient op te treden ingeval de 2 raadsgeneesheren niet tot de nodige overeenstemming zouden komen; zie verder nr. 4.

e. Controlearts : is de dokter die controleert of een welbepaalde werknemer wel afwezig mag blijven van zijn werk wegens ziekte of een ongeval (art. 2 van de wet van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde); deze controle gebeurt in opdracht van de werkgever (die immers het gewaarborgd loon moet betalen indien de werknemer ziek is en die zich mag vergewissen of de werknemer wel met reden afwezig blijft).

f. Arbeidsgeneesheer : is de arts die binnen de onderneming de werknemers onderzoekt, met vooral een preventieve functie; zijn belangrijkste taken zijn: het houden van consultaties, het uitvoeren van bedrijfsbezoeken en het deelnemen aan comités (samen met de vakbonden). Zijn onderzoeken zijn hoofdzakelijk bedoeld om de arbeidsomstandigheden van de werknemers te verbeteren en om de werknemers te beschermen tegen de risico’s van hun werk. Hij voert 6 verschillende soorten consultaties uit (1° de voorafgaande gezondheidsbeoordeling, vóór de aanwerving – 2° de periodieke, meestal jaarlijkse, gezondheidsbeoordeling – 3° het onderzoek bij werkhervatting, nl. telkens de afwezigheid meer dan 4 weken heeft geduurd – 4° het onderzoek bij verandering van functie of activiteit wanneer dit nieuwe risico’s inhoudt – 5° de spontane consultatie, door de wernemer die problemen als gevolg van zijn beroep ondervindt – en 6° de gezondheidsbeoordeling van de definitief arbeidsongeschikte werknemer); tijdens elk van deze raadplegingen beoordeelt de arbeidsgeneesheer of de persoon al dan niet geschikt is voor een bepaalde professionele taak.

g. Adviserend geneesheer van het ziekenfonds, beter bekend als de “medisch adviseur”: is een dokter die in opdracht van het ziekenfonds nagaat of een bepaalde persoon gerechtigd is op een bepaalde behandeling of medicatie (e.d.m.) of op mutualiteitsuitkeringen; deze arts heeft dus de taak bij de verzekeringsinstellingen – zijnde de mutualiteiten – in te staan voor de geneeskundige controle op de primaire arbeidsongeschiktheid en op de gezondheidszorgverstrekkingen, overeenkomstig de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen (art. 153 en 164 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, en koninklijk besluit nr. 35 van 20 juli 1967 houdende het statuut en het barema van de adviserend geneesheren); zie hieromtrent In welke gevallen kan vergoeding worden bekomen voor de lichamelijke en verwante schade ? , onder 6 d.

h. Specialist – geneesheer: een arts die na het behalen van het universitair diploma licentiaat (master) in de geneeskunde een bijkomend diploma in één van de verdergezette studierichtingen geneeskunde heeft behaald, en die in deze richting zijn beroep uitoefent (zoals een gynaecoloog, endocrinoloog, internist, dermatoloog, …); staat in feite tegenover de term “huisarts”.

i. Adviserend arts van Medex: een arts die optreedt als deskundige binnen de administratieve medische expertise voor overheidspersoneelsleden die getroffen zijn door een arbeids(weg)ongeval; dit gebeurt in opdracht van het bestuur van de medische expertise (koninklijk besluit van 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van de personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk en koninklijk besluit van 13 juli 1970 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van sommige personeelsleden van overheidsdiensten of overheidsinstellingen van de lokale sector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk);

j. Arts-deskundige bij het Fonds voor medische ongevallen (F.M.O.): de expert verbonden aan het F.M.O. met de taken omschreven in artikel 17 van de wet van 31 maart 2010 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg.

NOOT: elke geneesheer moet het medisch beroepsgeheim eerbiedigen; hij mag aan zijn opdrachtgever (bvb. de werkgever) enkel zijn beslissing meedelen, maar hij mag hem nooit (mondeling of schriftelijk) de redenen van zijn beslissing uitleggen.